020 530 0160

Plasterk onder vuur!

Gepubliceerd op 5 februari 2014 categorieën ,

Vandaag verscheen op nu.nl een bericht dat niet de NSA 1,8 miljoen Nederlandse telefoongesprekken in één maand tijd heeft verzameld, maar dat de NSO – een onderdeel van de AIVD – deze gegevens heeft verzameld. Vervolgens zou de NSO deze gegevens doorgespeeld hebben naar de NSA, in het kader van de internationale samenwerking op het gebied van terrorismebestrijding en militaire operaties in het buitenland. Dit alles zou blijken uit een brief van minister Plasterk, terwijl de minister eerder nog zei: “ Zulke dingen doen wij in Nederland niet.” In hoeverre is het verzamelen van grote hoeveelheden telefoongesprekken toegestaan?

Op grond van artikel 25 lid 1 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 is het toegestaan dat de NSO telefoongesprekken verzameld. Artikel 25 luidt als volgt:

“ Artikel 25

1.De diensten zijn bevoegd tot het met een technisch hulpmiddel gericht aftappen, ontvangen, opnemen en afluisteren van elke vorm van gesprek, telecommunicatie of gegevensoverdracht door middel van een geautomatiseerd werk, ongeacht waar een en ander plaatsvindt. Tot de bevoegdheid, bedoeld in de eerste volzin, behoort tevens de bevoegdheid om versleuteling van de gesprekken, telecommunicatie of gegevensoverdracht ongedaan te maken.”

 

Het probleem zit hier in het gericht aftappen, ontvangen, opnemen en afluisteren. Het is niet aannemelijk dat het verzamelen van 1,8 miljoen telefoongesprekken gericht is. Daarnaast heeft de NSO de bevoegdheid om ongericht telecommunicatie te ontvangen en op te nemen. Artikel 27 luidt als volgt:

“ Artikel 27

1.De diensten zijn bevoegd tot het met een technisch hulpmiddel ongericht ontvangen en opnemen van niet-kabelgebonden telecommunicatie. Tot de bevoegdheid, bedoeld in de eerste volzin, behoort tevens de bevoegdheid om versleuteling van de telecommunicatie ongedaan te maken.”

 

Dit artikel is alleen van toepassing op niet-kabelgebonden telecommunicatie, vaste telefoons zullen hier waarschijnlijk niet onder vallen. Het is mij niet helemaal duidelijk of de NSO alleen telefoongesprekken van mobiele telefoons heeft verzameld of ook van vaste telefoons. Opmerkelijk is dat voor deze bevoegdheid geen toestemming vereist is, artikel 27 lid 2:

“ 2.Voor de uitoefening van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, is geen toestemming vereist als bedoeld in artikel 19.

Volgens artikel 19 heeft de dienst toestemming nodig indien onze betrokken minister of namens het betrokken hoofd van de dienst toestemming is gegeven:

 Artikel 19

1.De uitoefening door een dienst van een bevoegdheid als bedoeld in deze paragraaf is slechts toegestaan, indien, voor zover bij deze paragraaf niet anders is bepaald, Onze betrokken Minister of namens deze het betrokken hoofd van een dienst daartoe toestemming heeft gegeven.

2.Het hoofd van een dienst kan aan hem ondergeschikte ambtenaren bij schriftelijk besluit aanwijzen die de toestemming, bedoeld in het eerste lid, namens hem verlenen. Onze betrokken Minister wordt een afschrift van het besluit gezonden.

3.De toestemming wordt, voor zover bij of krachtens de wet niet anders is bepaald, verleend voor een periode van ten hoogste drie maanden en kan telkens op een daartoe strekkend verzoek worden verlengd voor eenzelfde periode.”

 

Ondanks dat er geen toestemming nodig is voor deze bevoegdheid, dient de uitoefening van een bevoegdheid evenredig te zijn aan het daarmee beoogde doel, art. 31 lid 4. Je kunt je natuurlijk afvragen of het verzamelen van 1,8 miljoen telefoongesprekken in één maand tijd evenredig is aan het doel internationale samenwerking op het gebied van terrorismebestrijding en militaire operaties in het buitenland. Dit lijkt mij sterk. Zoals D66-Kamerlid Gerard Schouw zegt: Hoeveel terroristen denkt de minister dat er in Nederland rondlopen?”  

 

Voor de liefhebber die graag wil weten of er ook telefoongesprekken van jouw zijn verzameld kun je dit opvragen bij de betrokken minister, art. 47 lid 1:

 

“ Artikel 47

·       1.Onze betrokken Minister deelt een ieder op diens aanvraag zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen drie maanden mede of en, zo ja, welke hem betreffende persoonsgegevens door of ten behoeve van een dienst zijn verwerkt. Onze betrokken Minister kan zijn besluit voor ten hoogste vier weken verdagen. Van de verdaging wordt voor de afloop van de eerste termijn schriftelijk gemotiveerd mededeling gedaan aan de aanvrager.”

 

Voorwaarde is wel dat een telefoongesprek als persoonsgegeven wordt aangemerkt. Waarschijnlijk zal dit wel het geval zijn. Artikel 1 geeft aan dat persoonsgegevens, gegevens zijn die betrekking hebben op een identificeerbare of geïdentificeerde, individuele natuurlijke persoon. Voor het verzamelen van telefoongesprekken dient ook het telefoonnummer bewaard te worden en een telefoonnummer is te herleiden naar een natuurlijk persoon en daarom is een telefoongesprek een persoonsgegeven in de zin van artikel 1 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002.

 

Door: Lindy van Oirschot

 

Bron: Nu.nl
Deze blog is automatisch geïmporteerd uit een oudere versie van deze website. Daarom is de lay-out mogelijk niet perfect.
Deel:

auteur

Stagiair

publicaties

Gerelateerde artikelen